Pilgrims Rest, Zuid Afrika

GOLDRUSH IN DE DRAKENSBERGEN

Mpumalanga, Pilgrims Rest, Graskop, The Royal Hotel, Blyde River Canyon, Pelgrims Rest, Goldrush in de Drakensbergen, Alec Patterson, Wheelbarrow, goudader, Zuid Afrika, South Africa, reizen, vakantie, zonvakantie, tekst Eric Govers, fotografie Liesbeth Govers - van der Wal, Santmedia, Om de West, santmedia.nl, Bourke's Luck Potholes, God's Window

Verscholen tussen de groene bergen van Mpumalanga ligt Pilgrims Rest. Ooit waren alle ogen van de wereld gericht op deze plek omdat de zonderlinge avonturier Alec ‘Wheelbarrow’ Patterson er in 1873 op een rijke goudader was gestuit.

tekst: Eric Govers; foto’s: Liesbeth van der Wal

Lang kon Alec Patterson, die zijn bijnaam ‘Wheelbarrow’ dankte aan het feit dat hij al zijn bezittingen in een kruiwagen placht te vervoeren, zijn goudvondst niet geheim houden. Gelukzoekers uit alle windstreken trokken naar dit gebied, dat tot op de dag van vandaag nog niet al zijn schatten heeft prijsgegeven.
Tijdens de eerste vijf jaren van de ‘goldrush’ werd er voor 200.000 pond aan goudvondsten geregistreerd, in die tijd een fenomenaal bedrag. Daar komt bij dat veel vondsten waarschijnlijk niet werden gerapporteerd. Men leefde aanvankelijk in vochtige canvastenten, die schaars verlicht werden door paraffinelampen. Veel pioniers overleefden de barre omstandigheden niet en bezweken aan malaria, dysenterie, een slangenbeet, gebrek aan voedsel of overmatig alcoholgebruik. Na 1875 maakten de tenten plaats voor de eerste huisjes en ontwikkelde dit oord zich gaandeweg tot een klein stadje.
Komende vanuit Johannesburg verlaten we bij Machadodorp de N4. De onmetelijke akkers maken plaats voor glooiende, diepgroene heuvels van de noordelijke Drakensbergen, waar langs de weg plaatsnaamborden opduiken als ‘Verloren Kloof’, ‘Goede Hoop’, ‘Uitwaakfontein’, ‘Rooisloot ‘ en ‘Klipspruit’. Plaatsnamen die herinneren aan de Zuid-Afrikaanse boeren (voortrekkers) die hier tussen 1830 en 1850 naartoe trokken op zoek naar nieuwe landbouwgronden, omdat de Kaapkolonie door de Britten was geannexeerd.

Pofadder
Al na enkele kilometers krijgen we spijt dat we niet de snelweg via Sabie hebben genomen. De vele ‘potholes’ (brede gaten in het wegdek veroorzaakt door regenval) doen ons zigzaggend en gevaarlijk manoeuvrerend naar het plaatsje Lydenburg rijden. Bij ‘Bokkie se Vleismark’, een slagerij met een enorme koe bovenop het dak, besluiten we onze benen te strekken. Eigenaar Bokkie Heckroodt (65), een nazaat met Duits-Nederlandse roots, is een begrip voor recreanten die een ‘braai’ (barbecue) in dit natuurgebied hebben gepland. Zij die in het weekend de stad ontvluchten en op doorreis zijn naar het Kruger National Park, vullen hier hun koelboxen. Het duurt even voordat we realiseren wat Bokkie met ‘skaapbraaiderms’ en ‘skoon skaapafval’ bedoelt. In zijn vitrine ligt ‘Boerewors’ en ‘Pofadder’, waarvan laatstgenoemde razend populair is. Het pittig gekruide en vermalen vlees wordt in een schapendarm geperst, waardoor de worst het uiterlijk heeft van een giftige woestijnslang. Na deze spontane ontmoeting rijden we de laatste kilometers naar onze bestemming.
De weg loopt via de historische route waar ooit de Zeederberg postkoets vanaf 1880 een verbinding onderhield tussen het gouddelversoord Pelgrims Rest en Pretoria. De door een vierspan getrokken paardenkoets was weliswaar een luxueuzer vervoermiddel dan de door muilezels getrokken boerenwagens, maar de reis nam in die dagen nog altijd honderd uur in beslag. We passeren de beruchte ‘Robbers Pass’, een smalle kloof waar twee gewapende en gemaskerde mannen de postkoets in 1899 succesvol wisten te beroven en er met een enorme buit aan goud én de uitgespannen paarden vandoor gingen.

Mpumalanga, Pilgrims Rest, Graskop, The Royal Hotel, Blyde River Canyon, Pelgrims Rest, Goldrush in de Drakensbergen, Alec Patterson, Wheelbarrow, goudader, Zuid Afrika, South Africa, reizen, vakantie, zonvakantie, tekst Eric Govers, fotografie Liesbeth Govers - van der Wal, Santmedia, Om de West, santmedia.nl, Bourke's Luck Potholes, God's Window

Het Royal Hotel
We nemen onze intrek in het Royal Hotel. Het legendarische pand werd in het jaar 1884 gebouwd door Frederic Gibson, die het onder de naam European Hotel runde en menig gelukzoeker onderdak verschafte. We hebben het genoegen in het woonhuis van ‘Honest John’ McIntyre te mogen logeren, een Schot waarvan niemand weet hoe hij zij fortuin vergaard had, maar die dit hotel in 1894 overnam en het zijn huidige naam gaf. McIntyre kreeg het lumineuze idee om een voormalige katholieke kapel in Kaapstad af te laten breken en deze te verschepen naar de haven van Maputo in Mozambique. Vervolgens werden de onderdelen op ossenwagens geladen en naar Pilgrims Rest getransporteerd. Na een reis van zes weken werd de kerk naast zijn hotel opgebouwd en kreeg het voormalige godshuis zijn nieuwe functie als kroeg. Men sprak er schande van en er was veel publiciteit in de krant. Nieuwsgierig geworden laten wij ons hier graag een pilsje tappen. Aan de bar raken we in gesprek met ‘Wonder’ (Smanga) Nyalunbu (40), de klusjesman van het hotel. Hij vertelt ons een verhaal over een man die op heterdaad werd betrapt bij het stelen van goud. Voor zo’n ernstig vergrijp gold hier destijds de zwaarste straf: 25 zweepslagen, een kaalgeschoren hoofd, een half afgeschoren baard, gevolgd door verbanning uit de gemeenschap. Daags erna keerde de man toch terug en werd hij in de heuvels achter het stadje gesignaleerd en ter plekke doodgeschoten. We krijgen het gevoel op de set van een westernfilm te zijn beland, als de klapdeuren van het café openzwaaien en nog meer dorstig volk binnenkomt. Wonder stelt voor om het kerkhof van nabij te bekijken. Na een korte klim over een smal pad belanden we bij een zwart hek bovenop de heuvel. Alleen al vanwege het prachtig uitzicht over het dorp en de omringende heuvels was deze inspanning de moeite waard. Op de begraafplaats lopen we langs verzakte grafzerken uit de periode 1875 tot 1915. Daarbij valt ons één graf op omdat deze anders dan alle andere in noord-zuidelijke richting werd geplaatst. ‘Robbers grave’ lezen we op de steen. ‘Een eeuwig brandmerk’, fluistert Wonder, ‘het graf van de onbekende rover.’

Mpumalanga, Pilgrims Rest, Graskop, The Royal Hotel, Blyde River Canyon, Pelgrims Rest, Goldrush in de Drakensbergen, Alec Patterson, Wheelbarrow, goudader, Zuid Afrika, South Africa, reizen, vakantie, zonvakantie, tekst Eric Govers, fotografie Liesbeth Govers - van der Wal, Santmedia, Om de West, santmedia.nl, Bourke's Luck Potholes, God's Window

Blyde River Canyon
De volgende dag verkennen we de Drakensbergen panoramaroute (R532). Onze eerste stop is ‘Gods Window’. Alleen de naam al spreekt tot onze verbeelding. Vanaf de parkeerplaats slingert een smal pad bergopwaarts en na tien minuten klimmen bereiken we het plateau dat uitzicht biedt over een immens ravijn. In de ijle lucht wordt de stilte verbroken door het gekrijs van opfladderende vogels. Vermoedelijk als gevolg van een rondcirkelende roofarend. Door het hoge vochtigheidsgehalte in het negenhonderd meter diepe ravijn bevindt zich hier een tropische vegetatie waar je ademloos naar kunt blijven kijken. Dat is voor ons helaas niet weggelegd want inktzwarte wolken voorspellen een stevige onweersbui. Vroegtijdig vluchten we naar de auto terug. Als een uur later de lucht alweer is opgeklaard, arriveren we op de plek waar de Blyde River en de Treur River samenvloeien. De diep uitgesleten gaten in het rotsplateau van Bourke’s Luck Potholes verraden de enorme kracht van het water. De twee bruggen die het natuurwonder overspannen bieden de mogelijkheid om de rivier van de andere zijde te bekijken. Tijdens de oversteek raast het kolkende water op zestig meter diepte onder ons door. De naam Bourke’s Luck Potholes verwijst naar de goudzoekers die hier het geluk hadden grote hoeveelheden goud naar boven te halen. Vanaf deze plek gaat onze route verder omhoog naar de rotsformatie ‘Drie Rondavels’. De 26 kilometer lange Blyde River Canyon vormt het schilderachtige decor. Dit is de op twee na grootste canyon ter wereld en mag daarom gerust Zuid-Afrika’s meest spectaculaire attractie worden genoemd.

Graskop
We rijden terug via Graskop, waar we van alle indrukken nagenieten bij Harrie’s Pancakes. Eigenaar Harrie Siertsema (56) begon hier in 1986 zijn vermaarde pannenkoekenhuis dat gaandeweg een begrip werd voor reizigers. Op de menukaart lezen we ‘Pannekoeke en Warm Soutvulsels vir die avontuurlustige’ en ‘Hier die vulsel bevat sampioene en spek stukkies word in die deeg gebak en bedien met cheddar kaas’. We kiezen voor een ‘Kragtige beesvleis- en bone-sop, de soep van de dag. Voordat we huiswaarts keren, kopen we aan de overkant bij Biltongsland nog wat gedroogd en pikant vlees bij eigenaar Keith Proudfoot. Deze lekkernij is dé snack voor onderweg. Doorgaans wordt het voorverpakt verkocht in winkels en bij tankstations, zo niet bij Keith. Impala, kudu, cabanossi (os) of springbok, alles maakt en verkoopt hij vers, en hij gebruikt speciale kruidenmengsels waardoor zijn assortiment uit ‘lovebites’, ‘ladysticks’, ‘chilibites’ en ‘red mamba’ bestaat. We kiezen voor die laatste, omdat het ons meteen doet denken aan het look-a-like slangenvlees uit Bokkie’s slagerij.

Met dank aan: The Royal Hotel, Pilgrims’s Rest
Rob Doeswijk, GoodBookers; Alfred Russel, Publipower;
A4-Parking Schiphol  www.a4-parking.nl

HOME